Vordering in kort geding dat de moeder de kinderen aan de man moet afgeven in verband met begrafenis oma op straffe van een dwangsom.

Verzoek van de familie van de overleden moeder van een onder toezicht gestelde minderjarige tot inzage in of afgifte van het dossier van de GI afgewezen. Het belang van de minderjarige verzet zich daartegen, nu van verstrekking van of inzage in het dossier verergering van de strijd tussen zijn families te verwachten is.

Gezag. Artikel 1:253t en 1:253c lid 1 BW. De stiefvader krijgt op grond van artikel 1:253t BW wel gezag en de biologische/juridische vader niet, omdat er geen band is met het kind en het kind dit ook niet wil.

Erfrechtzaak. Erfgenaam betrekt bewindvoerder in rechte op grond van onrechtmatige daad en wanprestatie, onder andere wegens hoge uitvaartkosten. De kantonrechter wijst de vorderingen van de erfgenaam af.

Kort geding waarin verzoek tot vervangende toestemming van de rechter voor vakantie naar Turkije van een zesjarig kind wordt afgewezen, omdat het contact tussen vader en kind niet is opgebouwd. Dit contact is niet opgebouwd, omdat de moeder een voorlopige zorgregeling tussen vader en kind niet nakomt, ook niet na veroordeling met dwangsom.

Man gebruikt ontslagvergoeding om een auto te kopen. De man had de vergoeding moeten gebruiken om zijn inkomen aan te vullen teneinde de kinderalimentatie te kunnen blijven betalen. Wel matiging van de onderhoudsverplichting.

Provisionele voorziening ex artikel 223 Rv van de vader tot vervangende toestemming inschrijving van de minderjarige op een basisschool met regulier onderwijs afgewezen. Geen gewijzigde omstandigheden ten opzichte van de beschikking waarin de moeder vervangende toestemming is verleend om de minderjarige op een basisschool met bijzonder onderwijs in te schrijven.

Cassatie in het belang der wet over de vraag of een perspectiefbesluit van de GI kan worden voorgelegd aan de rechter via de geschillenregeling van artikel 1:262b BW.

Wijziging gezamenlijk gezag naar eenhoofdig gezag. Vader is onherroepelijk veroordeeld voor mishandeling van de moeder en ernstige bedreiging van de moeder en de kinderen.

Binnen het geregistreerd partnerschap van de moeder en de man zijn twee kinderen geboren voor 2014. De kinderen zijn erkend door de man die in 2014 overlijdt. De rechtbank overweegt dat het hier gaat om vernietiging erkenning en niet om ontkenning vaderschap. De moeder kan als wettelijk vertegenwoordiger niet namens de kinderen een dergelijk verzoek doen. De bijzondere curator neemt het verzoek over.