R./P.
Gerechtelijke samenwerking in civiele zaken. Internationale rechtsmacht, erkenning en tenuitvoerlegging van beslissingen over onderhoudsverplichtingen. Artikel 3 onder a en d Verordening (EU) 4/2009. Artikel 5 Verordening (EU) 4/2009. Drie verzoeken over echtscheiding, ouderlijke verantwoordelijkheid en onderhoudsverplichtingen bij één rechter aanhangig. Rechter oordeelt dat hij bevoegd is inzake de echtscheiding maar niet inzake de ouderlijke verantwoordelijkheid. Prejudiciële vraag over de internationale rechtsmacht inzake onderhoudsverplichtingen. Rechter van de gewone verblijfplaats van gedaagde, tevens de gerechtelijke instantie waar hij is verschenen.
Hof van Justitie van de Europese Unie, 05-09-2019