Ondertoezichtstelling en uithuisplaatsing; wijziging verblijfplaats; uitleg van artikel 1:265i BW. Artikel 1:265i BW moet naar het oordeel van het hof zo worden uitgelegd dat de kinderrechter, indien hij het verzoek van de GI tot wijziging van het verblijf van de minderjarige (art. 1:265i lid 1 BW) afwijst, tevens de mogelijkheid heeft om te bepalen dat de ondertoezichtstelling en uithuisplaatsing van kracht blijven voor de duur van ten hoogste een jaar vanaf de dag van de uitspraak (art. 1:265i lid 3 BW).

Wijziging kinderalimentatie. In het ouderschapsplan is ter zake de kinderalimentatie bewust afgeweken van de wettelijke maatstaven. Alleen afwijking van het overeengekomene indien de verzoeker stelt en de rechter aannemelijk oordeelt dat na het tot stand komen van de overeenkomst een zo ingrijpende wijziging van omstandigheden is ingetreden dat de wederpartij is het licht van alle bestaande omstandigheden naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid ongewijzigde instandhouding niet mag verwachten. Man heeft ook in hoger beroep onvoldoende inzicht gegeven in zijn financiële situatie. Geen wijziging van het overeengekomene.

Weigering vervangende toestemming ten behoeve van het indienen van een verzoek tot geslachtsnaamswijziging door de moeder, waarbij de achternaam van de kinderen wordt gewijzigd van die van de vader in die van de moeder. Vervangende toestemming is niet in het belang van de kinderen, ook al hebben de kinderen al enige jaren geen contact meer met de vader. Ouders moeten inzetten op contactherstel.

Ambtshalve ondertoezichtstelling van een kind door de kinderrechter. Analoge toepassing van de bevoegdheid van de kinderrechter ex artikel 1:255 lid 5 BW.

Vervanging GI (art. 1:259 BW). GI heeft laakbaar gehandeld door de minderjarige naar een ander pleeggezin over te brengen zonder toestemming aan de kinderrechter te vragen en door het vonnis van de voorzieningenrechter om de minderjarige terug te plaatsen in het pleeggezin naast zich neer te leggen. Verzoek moeder tot vervanging GI wordt toegewezen. GI verschijnt niet ter zitting waarin om haar vervanging is verzocht. GI wordt veroordeeld in de proceskosten van de moeder.

Hoe verhoudt de ‘potovereenkomst’ die partijen na het sluiten van huwelijkse voorwaarden (met periodiek verrekenbeding) hebben gesloten zich tot de uitleg van die huwelijkse voorwaarden? Heeft de man een vergoedingsrecht als gevolg van zijn investeringen in de echtelijke woning die aan de moeder van de vrouw toebehoorde en met betrekking waartoe de vrouw een recht van erfpacht had?

Verlenging ondertoezichtstelling en uithuisplaatsing. Ouders en opstandige en sterk zelfbepalende minderjarige accepteren de door de GI voorgestelde plaatsing in een bepaalde instelling niet. Vader krijgt gelegenheid om met behulp van een pgb een andere plaatsing te regelen. Daartoe beëindigt de kinderrechter de ondertoezichtstelling en uithuisplaatsing. De kinderrechter geeft evenwel in overweging dat de GI in hoger beroep kan gaan van deze uitspraak, opdat alsnog de door de GI gewenste uithuisplaatsing kan worden gerealiseerd.

Ondertoezichtstelling; beperking van het contact geldt als schriftelijke aanwijzing. Deze wordt vervallen verklaard. GI mag die niet geven, omdat er geen uithuisplaatsing is (HR 14 december 2018, ECL:NL:GHAMS:2018:2321). Intussen heeft de GI ook verzocht om vaststelling van een beperkte zorgregeling.

Echtscheiding; voorlopige voorziening kinderbijdrage; partijen zijn in het ouderschapsplan een kinderbijdrage overeengekomen. De vrouw verzoekt deze kinderbijdrage vast te stellen in de vorm van een voorlopige voorziening, opdat zij beschikt over een executoriale titel. De man vindt dat hij niet langer aan deze afspraak gehouden kan worden. Beoordeling of het naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is om de man aan de afspraak te houden.

Geschil over verdeling zorg en over opvoeding kinderen (art. 1:253a BW). Moeder verzoekt onder andere om de vader, die Jehova’s getuige is, te verbieden de kinderen voor hun 18e jaar te laten dopen op straffe van een dwangsom. Rechtbank wijst het verzoek af.