De vrouw heeft een letselschadevergoeding ontvangen van € 10.000. Daarvan ziet € 5.000 op immateriële schade. De andere € 5.000 is toegekend in verband met verlies van arbeidsvermogen en economische kwetsbaarheid voor het huwelijk en is daarom ook verknocht. Het hof volgt dit betoog niet.

Verzoekster is ambtshalve ontslagen als bewindvoerder, omdat zij niet voldoet aan de kwaliteitseisen als professioneel bewindvoerster. Hof schorst de uitvoerbaar bij voorraadverklaring van de beslissing. Hof roept de kantonrechter op om in de bodemprocedure als informant te worden gehoord.

Kantonrechter wijst verzoek tot instelling beschermingsbewind af, omdat de rechthebbende zich niet wil laten helpen. De instelling van enige beschermende maatregel is zinloos, ook al blijven daardoor de problemen rondom de persoon van de rechthebbende hiermee voortbestaan.

Verzoek van de moeder en de stiefvader om samen met het gezag over het kind van de moeder te worden belast. De vader heeft eveneens verzocht om samen met de moeder met het ouderlijk gezag belast te worden. Hof wijst het verzoek van de moeder en stiefvader af.

De vrouw (gokverslaafd) heeft bijna zes ton van haar werkgever verduisterd. Tot terugbetaling wordt niet alleen de vrouw aangesproken, maar ook haar man. Kantonrechter is van oordeel dat de schuld in beginsel in de gemeenschap valt, maar dat de man niet hoofdelijk met de vrouw aansprakelijk is voor terugbetaling van die schuld. Voor de beoordeling van de vraag of er hoofdelijke aansprakelijkheid is, is niet relevant dat de schuld verknocht zou zijn aan de vrouw.

Hoger beroep van de vrouw tegen de door haar verzochte ontbinding van het huwelijk na scheiding van tafel en bed, omdat partijen zich hebben verzoend. Ook in dit geval: niet-ontvankelijkheid.

Partneralimentatie (na zes jaar) op nihil gesteld. De vrouw heeft niet, althans in onvoldoende mate voldaan aan de op haar rustende inspanningsverplichting om in haar eigen levensonderhoud te voorzien.

Moeder vraagt (daartoe verplicht door de gemeente) opheffing van de BEM-clausule om maandelijks een bedrag op te nemen van hetgeen de beide kinderen uit de nalatenschap van hun vader, ex-echtgenoot van de moeder, hebben ontvangen ten behoeve van het levensonderhoud, opvoeding en verzorging van de beide kinderen. Kantonrechter wijst het verzoek toe.

Pensioenverevening: het hof is terecht uitgegaan van de commerciële waarde van het in de vennootschap opgebouwde pensioen, maar heeft miskend dat het had moeten onderzoeken of het in de vennootschap aanwezige kapitaal toereikend is om én de pensioenaanspraak van de man af te storten, én de overblijvende pensioenaanspraak van de vrouw te dekken

In het vereiste van artikel 38c lid 2 Wet Bopz dat de termijn van een dwangbehandeling ‘zo kort mogelijk’ is, ligt besloten dat de arts die de beslissing tot dwangbehandeling neemt, een zorgvuldige afweging maakt, ook ten aanzien van de duur van die behandeling. De onzekerheid die ontstaat indien geen einddatum in de kennisgeving is vermeld, wordt niet weggenomen door de omstandigheid dat dwangbehandeling ingevolge de wet niet langer dan drie maanden kan duren.