Update
Uitspraken van 22-08-2017 tot 28-08-2017
Redactie: W.M. Schrama, L. Hu, M. Jonker, M. van der Leeden en J. Tigchelaar.
Rechtbank
- Rechtbank Amsterdam Een in Marokko door de rechter vastgestelde kinderalimentatie is in Nederland niet voor tenuitvoerlegging vatbaar. De Nederlandse rechter is bevoegd, nu de kinderen in Nederland wonen, om alhier de alimentatie vast te stellen. Nihilstelling omdat de man in de schuldsanering (WSNP) zit. Geen terugbetalingsverplichting voor de vrouw, omdat die zou zijn gebaseerd op de Marokkaanse beslissing. 23-08-2017
- Rechtbank Limburg Omgang tijdens uithuisplaatsing. De kinderrechter had in juli 2017 ten behoeve van de moeder en de vader op verzoek van de GI (artikel 1:265f BW) een nauwkeurige omgangsregeling vastgesteld. Deze blijkt ten aanzien van de moeder logistiek niet uitvoerbaar te zijn. De GI verzoekt wijziging. Is de GI ontvankelijk in het wijzigingsverzoek? Volgens de rechtbank wel, met analoge toepassing van artikel 1:265g lid 2 BW. 22-08-2017
- Rechtbank Rotterdam Vervallenverklaring schriftelijke aanwijzing. De aanwijzing beoogt gezinsopname gedurende drie tot zes maanden aan de andere kant van het land. Dit heeft zulke verstrekkende consequenties (kinderen moeten naar een andere school, de moeder raakt haar huidige leefomgeving kwijt, de partner zal zijn baan kwijtraken) dat de aanwijzing onevenredig wordt geacht en daarom vervallen wordt verklaard. 22-08-2017
- Rechtbank Oost-Brabant Verzoek tot partneradoptie door de duovader die de ex-partner is van de biologische vader. De rechtbank wijst het verzoek af, omdat de duovader en zijn ex-partner niet onmiddellijk voorafgaande aan het verzoek gedurende drie jaren hebben samengeleefd en zij evenmin het kind gedurende ten minste een jaar hebben verzorgd en opgevoed. De situatie van de duovader en zijn ex-partner is niet vergelijkbaar met die van twee moeders binnen wier relatie een kind is geboren. 22-08-2017
- Rechtbank Overijssel Moeder is met toestemming van de kinderrechter in 2015 naar Duitsland verhuisd. Hof Arnhem-Leeuwarden heeft die beschikking vernietigd en beslist dat de moeder uiterlijk op 1 augustus 2016 terug moet zijn verhuisd naar Nederland. Cassatieberoep van de moeder is verworpen. Moeder weigert desondanks met het kind terug te verhuizen naar Nederland. De Duitse rechter weigert de executie van de beslissing van het gerechtshof. Hij acht die beslissing in strijd met de Duitse procesorde, omdat het kind (toen vier jaar) niet is gehoord. In Duitsland is het gebruikelijk om kinderen van die leeftijd te horen. De vader heeft tijdens de zomervakantie drie weken omgang gehad met het kind. Hij weigert nu om het kind af te geven aan de moeder, die nog steeds in Duitsland woont. De moeder vordert afgifte van het kind in kort geding. Er vindt verwijzing plaats: artikel 11 Uitvoeringswet internationale kinderontvoering bepaalt dat – in dit geval – de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag bevoegd is. 17-08-2017
- Rechtbank Limburg Verzoek tot vervangende toestemming tot erkenning. Moeder weigert medewerking aan DNA-onderzoek. Rechtbank gelast medewerking van de moeder op straffe van een dwangsom. Verzoek om ook te kunnen gijzelen wordt aangehouden. Moeder heeft aan haar nieuwe partner toestemming tot erkenning gegeven. Omdat die toestemming voorwaardelijk is, is de erkenning volgens de rechtbank nietig en is de partner van de erkenner geen belanghebbende in de procedure. 15-08-2017