Dit hoger beroep draait om de vraag hoe een levenstestament en bewind zich tot elkaar verhouden. Centraal staat de kwestie of een eerder opgesteld levenstestament, waarin iemand een gevolmachtigde aanwijst, voldoende bescherming biedt of dat bewindvoering noodzakelijk is om de belangen van de betrokkene te waarborgen. Het hof oordeelt dat het terecht was om het vermogen van de vader onder bewind te stellen. Hoewel zoon 1 dit betwist op basis van het levenstestament, twijfelen zoon 2 en de dochter aan de geldigheid daarvan. Vanwege de ernstig verstoorde familieverhoudingen en het onderlinge wantrouwen biedt het levenstestament volgens het hof onvoldoende bescherming voor de vader. Daarom is het terecht gepasseerd. Daarnaast vindt het hof dat geen van de kinderen als bewindvoerder had moeten worden benoemd en dat de keuze voor een onafhankelijke bewindvoerder juist was.
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 21-01-2025