Aan de wettelijke criteria voor vernietiging erkenning is voldaan. De man is niet de biologische vader van de minderjarige en er is sprake van dwaling. Wettelijk is er geen ruimte voor een belangenafweging.

Mentor kan niet worden verplicht in te stemmen met een tuchtrechtprocedure. Artikel 3:300 BW is niet van toepassing.

Ouders worden na ruim vijf jaar, op grond van gewijzigde omstandigheden in de zin van artikel 1:253o BW opnieuw samen met het gezag belast. Het gaat goed met de minderjarige en de ouders laten al een paar jaar zien dat zij constructief met elkaar kunnen overleggen over het kind. Een brief van de minderjarige bevestigt dit beeld.

Verzoek tot meerderjarigverklaring ex artikel 1:253ha BW wordt afgewezen, omdat er zorgen zijn over de opvoedingsvaardigheden van de moeder. De recente positieve ontwikkeling die de moeder laat zien, is te pril om nu te oordelen dat het in het belang van het kind wenselijk is dat de moeder meerderjarig wordt verklaard zodat zij het gezag kan gaan uitoefenen.

Aan de partneralimentatie ligt niet de voortdurende lotsverbondenheid van partijen ten grondslag, maar de overeengekomen afspraken in de huwelijkse voorwaarden. Aan de hand van de tekst is uitleg gegeven, omdat de bedoeling van partijen onduidelijk is.

Deze zaak betreft de positie van de familie van de minderjarigen (formeel gezinshuisouders). De vraag is aan de orde of de familie het blokkaderecht van pleegouders toekomt bij de uithuisplaatsing van de minderjarigen.

De vrouwelijke ex-partner van de moeder verzoekt om vervangende toestemming tot erkenning en het vaststellen van een omgangsregeling. Daarna wordt het kind door een andere vrouw erkend. De leer van de voorwaardelijke erkenning geldt ook voor een erkenning waarop artikel 1:205a BW ziet (lesbisch ouderschap).

Verzoek tot wijziging van de voornaam, en het doorhalen en opnieuw opmaken van de geboorteakte ten aanzien van het geslacht. De rechtbank wijst het subsidiaire verzoek tot verbetering van de geboorteakte toe.

Vaststelling vaderschap. Ivf. Door middel van DNA-onderzoek staat vast wie de biologische vader is. Onbekend is van welke vrouw het genetisch materiaal afkomstig is. Vaststelling geboortegegevens van de kinderen, van wie de buitenlandse geboorteaktes niet voor inschrijving in het register van de Haagse burgerlijke stand vatbaar zijn.

Verzoekster en haar kinderen hebben het Nederlanderschap gelet op het bepaalde in artikel 15 en 16 Rijkswet op het Nederlanderschap van rechtswege verloren. Het daarmee gepaard gaande verlies van het Unieburgerschap is niet onevenredig voor verzoekster en haar kinderen. Het beroep op de (Unierechtelijke) evenredigheidtoets slaagt dan ook niet.