Koychev t. Bulgarije, EHRM 13 oktober 2020, nr. 32495/15
De klager in deze zaak woonde samen met S.S., die in 2006 beviel van een zoon. Klager erkende het kind aanvankelijk niet, maar wilde dat wel doen in 2013, nadat S.S. met een andere man was getrouwd. Deze andere man bleek ook een erkenningsverzoek te hebben ingediend, dat was gehonoreerd. Het EHRM oordeelt dat de procedures de nodige onzorgvuldigheden vertoonden en dat dit heeft gemaakt dat de nationale rechter niet alle relevante factoren heeft meegewogen. Daardoor is de rechter tekortgeschoten in zijn positieve verplichtingen om klagers rechten onder art. 8 EVRM te beschermen.
Europees Hof voor de Rechten van de Mens, 13-10-2020