Mag verweerder in cassatie nog in het geding verschijnen nadat de A-G een conclusie heeft genomen? Afwijking van de regel in artikel 1:100 BW dat echtgenoten ieder voor de helft draagplichtig zijn voor een in de (beperkte) gemeenschap vallende schuld, ontoereikend gemotiveerd.

Gezagsbeëindiging acht maanden na ondertoezichtstelling ongeboren kind en uithuisplaatsing kort na de geboorte. Baby kan niet bij de pleegmoeder blijven. Oma is, ondanks afspraak, niet gescreend als pleegzorgvoorziening. Er wordt plaatsing in een neutraal pleeggezin voorgesteld. Kinderrechter wijst dit af en voegt daaraan toe dat een situatie die onder druk staat, alleen maar verder wordt bemoeilijkt door de handelwijze van betrokkenen.

Partneralimentatie door de rechtbank per 26 augustus 2015 beëindigd en tot die datum vastgesteld op hetgeen de man heeft betaald en/of op hem is verhaald. Dat laatste heeft de rechtbank ten onrechte gedaan. De man heeft onvoldoende gemotiveerd dat de alimentatiebeschikking uit 2004 van meet af aan niet aan de wettelijke maatstaven heeft voldaan. Verder is er geen wijziging van omstandigheden waardoor de bijdrage met terugwerkende kracht zou moeten worden verlaagd. Dan is er geen grond om de onderhoudsbijdrage te bepalen op hetgeen feitelijk is betaald of op de man is verhaald.

Alimentatie jongmeerderjarige. Minderjarigen en jongmeerderjarigen hebben steeds behoefte. Hun behoeftigheid speelt geen rol. Wel kunnen de eigen inkomsten betrokken worden bij de bepaling van de omvang van de behoefte. In dit geval geen aansluiting bij WSF-norm, maar bij Nibud-studentenonderzoek 2015 om te beoordelen of de gestelde uitgaven redelijk zijn.

Vrouw vergeet verzoek tot echtscheiding in petitum te vermelden. Man verzoekt bij wijze van zelfstandig tegenverzoek echtscheiding. Vrouw stemt daarmee in. Man trekt verzoek tot echtscheiding acht dagen voor de zitting in, stelt dat de procedure is geëindigd en vraagt niet-ontvankelijkheid van de vrouw. Vrouw vermeerdert daarop haar verzoek. Rechtbank spreekt niet-ontvankelijkheid vrouw uit.

Echtscheiding op gemeenschappelijk verzoek, echtscheidingsconvenant is aangehecht aan de beschikking met bepaling dat de inhoud daarvan, voor zover van belang, deel uitmaakt van de beschikking. Vrouw komt in hoger beroep, voor zover het aangehechte convenant deel uitmaakt van de beschikking. Hof wijst verzoek van de vrouw af. Weliswaar heeft zij buitengerechtelijk het convenant vernietigd, maar zij heeft gekregen wat zij wilde. Vrouw wordt veroordeeld in de kosten van het hoger beroep.

Rechtbank verklaart de man ontvankelijk in zijn verzoek tot vaststelling van een omgangsregeling en houdt de zaak aan voor raadsonderzoek. De vrouw komt van de ontvankelijkverklaring in hoger beroep. Hof verklaart de vrouw niet-ontvankelijk in haar hoger beroep, omdat de beschikking van de rechtbank een tussenbeschikking is. Hof veroordeelt de vrouw in de proceskosten van het hoger beroep.

Gebruiksvergoeding echtelijke woning, gebaseerd op artikel 3:169 BW. Ingangsdatum ligt niet voor de datum van inschrijving van de echtscheiding.

Opheffing testamentaire last op grond van artikel 4:134 BW. De last heeft betrekking op het behoud van de begraafplaats van de honden van erflaatster in de tuin van de woning van erflaatster.

Vrouw verzoekt om pensioenverrekening volgens Boon/Van Loon. Het huwelijk is ontbonden in 1986. Het pensioen is niet in de verdeling van de huwelijksgoederengemeenschap betrokken. De vordering van de vrouw om alsnog tot verdeling over te gaan, is niet verjaard. Maar er is wel gedeeltelijk rechtsverwerking voor zover het gaat om de reeds uitgekeerde pensioenrechten. Deze hebben gediend tot onderhoud van de man en daarover hoeft de man niet alsnog tot verrekening over te gaan.