Vernietiging erkenning op verzoek van de juridische vader. Bij de voogden bestaat de vrees dat de biologische vader thans, met instemming van de moeder, zal overgaan tot erkenning van de minderjarige. Echter, nu de juridische vader de minderjarige onder invloed van dwaling heeft erkend en hij thans op goede gronden van die rechtshandeling is teruggekomen, behoeft het belang van de minderjarige in dit geval niet bij de boordeling van het verzoek te worden betrokken.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant (Locatie Breda), 04-03-2025